Er was heel wat om te doen, de aangekondigde splitsing tussen de ziekenhuizen Sint-Jan in Brugge en Serruys te Oostende. Dat laatste ziekenhuis splitst zich nu af van zijn grote broer om zelf te kunnen fuseren met een ander Oostends ziekenhuis.
"Geloof het of niet, maar dit komt iedereen ten goede", reageert schepen en voorzitter van het AZ Sint-Jan Pablo Annys (Vooruit), "in Oostende zijn ze blij dat ze terug mosselen kunnen eten tijdens chirurgische ingrepen, en in Brugge kunnen we eindelijk onze budgetten investeren in nieuwe apparatuur en hygiëne, in de plaats van uitkeringen voor de marginalen van Oostende. Wist je trouwens dat de dienst Oncologie in Oostende vol ligt met kankerpatiënten? Wat zegt dat dan over dat ziekenhuis?"
'Ziekenhuis' is trouwens een te groot woord volgens de schepen: "zeg liever barak, of beter nog: loods. AZ Serruys is trouwens niet de enige huurder van de loods, er is namelijk ook een gebruiksruimte voor drugsverslaafden, een bordeel en een crèche gevestigd", getuigd Annys.
Vroeger beter
Liever kwijt dan rijk zegt men dan, al was de sfeer vroeger toch stukken beter. "De fusie tussen Sint-Jan en Serruys is een deal die ik destijds nog heb beklonken met Vandelanotte", reageert voormalig burgemeester Renaat Landuyt, "in ruil voor hun ziekenhuis, heb ik hem een pak chicletten en een blikje Jupiler gegeven. Dat was een enorme boost voor de slabakkende Oostendse economie, die tot dan toe vooral was gebaseerd op gedateerde architectuur en innovaties in schimmel."
Liberalisering
De reden waarom het Serruyshospitaal alleen verder wil, is voornamelijk ideologisch getint. Sinds het nieuwe, liberale stadsbestuur van Oostende is aangetreden, wil men zoveel mogelijk publieke diensten afstoten naar de privémarkt.
"Wat de privé doet, doet ze beter", aldus een overtuigde burgemeester Bart Tommelein (Open Vld), "kijk maar naar de vrije energiemarkt, de luchtvaart en de telecommarkt. Eenmaal het ziekenhuis verpatst is aan de privé, kunnen we ook makkelijker organen oogsten van onwetende dronken tieners op de spoed. Ik noem dat een win-win."